'Mensen een mooie dag bezorgen, een glimlach brengen' (interviews zorgverleners)
Tijdens het Nazomerfestival van VKI interviewde dagvoorzitter Wendelien Wouters drie zorgverleners op het podium. Wat maakt de zorg zo mooi? En hoe houd jij je werk leuk? Lees hieronder wat Anita, Jacqueline en Roelien daarop antwoordden.
Anita Stavleu, ambassadeur en verzorgende IG bij Marente, werkte bijna 24 jaar voor mensen met dementie. ‘Het gaf me zo’n voldoening. De glimlach die je krijgt als je contact maakt of als je een bewoner toch onder de douche krijgt. Ik bleek er goed in te zijn. Ik kreeg dingen voor elkaar waar anderen op weerstand stuitten.’
‘Hoe? Met een glimlach, rust, geduld, aandacht. En tijd, die we niet hebben, maar wel moeten nemen. Ik weet nog dat er een dametje bij ons woonde. Ze wilde niks, snapte door haar dementie niks. Maar door rustig een kopje thee te drinken, een kletspraatje te maken over haar kleindochter, naar de slaapkamer te lopen en de douche aan te zetten, viel het kwartje. Mevrouw kleedde zich zelf uit en ging onder de douche staan, en zei: “Heerlijk, heerlijk!”. Ja, die grote glimlach, daar doe ik het voor. Dat ik iets kan betekenen voor iemand die dat zelf niet meer kan.’
Nu deelt Anita als ambassadeur haar kennis in webinars en aan collega’s op de werkvloer. Ze geeft tips over aan- of uitkleden als dat bij cliënten moeizaam gaat of vertelt over palliatieve zorg, seksualiteit en intimiteit. En ze werkt sinds de zomer bij het Beeldzorgteam van Marente. Zorg op afstand, via een beeldscherm. ‘Ik was heel bang dat ik het fysieke zou missen, maar ik heb het nog geen dag gemist. Ik kijk mee als een cliënt insuline spuit of medicijnen inneemt. Maar ik vraag ook: hoe gaat het met u? Afgelopen vrijdagavond zei een cliënt vrolijk: ‘Hé, hallo, daar ben je weer.’ Dat contact is online net zo belangrijk.’
Uit de zaal kwamen onder andere de volgende reacties:
‘Gaaf. Er is meer mogelijk in je loopbaan als verzorgende!’
‘Wat een mooi verhaal. Je bent goud waard in de zorg.’
‘De rust en het geduld dat je uitstraalt. Ik kan me voorstellen dat mensen, cliënten en familie gek op je zijn.’
Jacqueline Snijders, wijkverpleegkundige bij Laurens, werkte als tiener in de horeca, maar wilde van meer betekenis kunnen zijn voor anderen. ‘Mensen een mooie dag bezorgen, een glimlach brengen.’ Ze begon als groepsassistent en werkt inmiddels vijftien jaar in de zorg.
Tegenwoordig is Jacqueline ook projectleider ZelfredzaamheidsRadar+ bij Laurens. Waarom past dit zo goed bij haar? ‘Ik heb het altijd vervelend gevonden om iets in te vullen voor een ander. De ZelfredzaamheidsRadar geeft invalshoeken voor een positief gesprek over zelfredzaamheid. Het feit dat iemand ziek is, wil niet zeggen dat hij of zij niets meer kan. Ik wil mensen activeren en aansluiten bij wat voor hen belangrijk is. Zo ging een cliënt die incontinent werd toch naar buiten, omdat ze nu wist waar alle openbare toiletten waren.’
Het mooie is dat Jacqueline de verantwoordelijkheid zelf pas echt goed durfde los te laten toen ze moeder werd. ‘Ik sta altijd aan, net als de zorg. Die gaat altijd door. Ik ben begonnen met mijn telefoon uitzetten als ik klaar was met mijn werk. Ook ’s avonds keek ik vaak nog of het wel goed ging met mijn cliënt. Ik voelde me toch verantwoordelijk. Ik ben me er nu bewuster van dat anderen ook heel goede dingen doen. Je hoeft het niet alleen te doen.’
De zaal reageerde als volgt:
‘Je blijft je altijd ontwikkelen. Daarin ben je een voorbeeld voor je collega’s.’
‘Geniet van het leven! En je mobiel uit na het werk. Top!’
‘Mooie boodschap: dat iemand ziek is, betekent niet dat hij niets meer kan.’
Roelien van Hove is gespecialiseerd verpleegkundige, coach en onderzoeker bij Topaz. Ze werkt voor mensen met een vergevorderde vorm van dementie en gedrags- of psychiatrische problematiek. Maar zij ziet ze als ‘gewoon mensen’, die een ziekte hebben gekregen waar ze niet om hebben gevraagd. ‘Ik wil ze als mens blijven zien en ze begeleiden in hun ziekte en beperkingen.’
‘Het maakt me soms zo boos als er voorbij wordt gegaan aan de persoon. Ik weet nog dat er een keer een meneer bij ons werd gebracht. Hij was geboeid op een brancard, met zijn handen op zijn rug. Het enige wat ik wilde was dat ze hem losmaakten, zodat ik contact met hem kon maken. Hij hield niet van het woordje ‘moeten’. Hij was uit zijn huis getrokken, waar hij was geboren, waar hij zijn vrouw was verloren. We zijn met elkaar gaan kijken wat hij wilde en hoe hij de regie weer kon krijgen. Toen hij wat rustiger was, vroeg hij : ‘Wat staat er vanavond op het menu?’ Thuis at hij alleen maar broodjes kroket. Hij heeft de laatste jaren echt nog kwaliteit van leven bij ons gehad. Dat maakt me wel trots, dat ik iemand zijn waardigheid heb teruggegeven.’
Roelien doet vanuit haar passie ook actieonderzoek bij Topaz. Haar onderzoek gaat over liefdevolle zorg in de driehoek van bewoners, naasten en medewerkers. Ze concludeerde dat je het vooral samen moet doen. ‘Wat mij opviel door het onderzoek, is dat we vaak denken dat de bewoner centraal staat. Maar dat is niet zo. We hebben het eromheen druk met elkaar. De bewoner heeft niet altijd een stem, soms ook door de ziekte. Dus moet je beter kijken, ook naar naasten. Je kan iemand pas echt horen als je kijkt naar wat er niet gezegd wordt. En durf dat ook te benoemen. We zijn heel goed in aannames. Naasten willen bijvoorbeeld soms helemaal geen rust, zoals wij denken, maar gewoon zelf de pillen blijven geven of het lampje aandoen naast het bed. Dat maakt dat we nu veel meer samendoen.’
Uit de zaal kwamen onder andere de volgende reacties:
‘Je hebt echt oog voor de mens achter de ziekte! Je werkt met je hart.’
‘Ik hoop dat ze jouw beeld van informele zorg meenemen in de visie van de organisatie!’
‘Mooie blik op de zorg: we zijn allemaal mensen, vergeet dat niet. En neem de naasten serieus!